In haar economische voorjaarsprognoses benadrukt de Europese Commissie de opwaartse trend van de vastgoedprijzen, waarbij ze opmerkt dat "na een daling in het tweede en derde kwartaal van 2023, de vastgoedprijzen in 2024 weer zijn gestegen".

"Het prijsherstel ging gepaard met een herstel van het aantal transacties, tot een niveau dat vergelijkbaar is met dat van vóór de pandemie", aldus Brussel, dat eraan toevoegt dat de nominale huizenprijzen in de EU in het vierde kwartaal van 2024 4,9% hoger lagen dan een jaar eerder, waarmee de piek van medio 2022 werd overtroffen.

In reële termen was de prijsstijging bescheidener, maar bedroeg nog steeds 2,1% over het hele jaar.

Tussen de landen varieerde de omvang van de stijging aanzienlijk, met Bulgarije, Hongarije, Portugal, Spanje, Nederland, Polen en Kroatië die allemaal een jaarlijkse groei van meer dan 10% lieten zien in het vierde kwartaal van 2024, benadrukt de Commissie.

Portugal was het EU-land met de op twee na hoogste jaarlijkse groei van de huizenprijzen eind vorig jaar, met 11,6%.

De Europese Commissie benadrukt ook dat kopers van vastgoed nu te maken hebben met hoge prijzen gezien hun leencapaciteit, aangezien na de pandemie de relatie tussen vastgoedprijzen en leencapaciteit van huishoudens (die kan worden beschouwd als een indicator van betaalbaarheid) "sterk is toegenomen in de EU".

In de meeste EU-landen is de stijging van de reële huizenprijzen de afgelopen vijf jaar groter geweest dan de leencapaciteit van huishoudens, "wat erop wijst dat gezinnen het steeds moeilijker hebben om via krediet een woning te verwerven".

In Portugal daalde de schuldcapaciteit van huishoudens, gecorrigeerd voor inflatie, met ongeveer 25%, maar stegen de huizenprijzen tussen 2019 en 2024.

Ondanks dit scenario voorspelt Brussel dat de leencapaciteit van huishoudens in de EU in 2025 en 2026 zal verbeteren, "vooral dankzij positieve bijdragen van de inkomens van huishoudens - aangezien de reële lonen dit jaar naar verwachting met 1,6% en in 2026 met 1,1% zullen stijgen".